In de opleiding Architectuur vormt het ontwerpen zelf de kern, en leer je met een wetenschappelijke onderbouw ontwerpen.
In de ontwerpstudio komen ook de inhouden van de andere vakken samen.
Als je architectuur studeert, vullen wetenschap en kunst elkaar aan om te komen tot een synthese die wordt belichaamd door een ontwerp.
Het lichaam en het landschap zijn constitutioneel voor de mens, en dus voor de architectuur. Zij zijn de centrale thema’s in het curriculum.
De architectuurtekening als ‘locus of embodiment and embodied knowledge’ krijgt een sleutelrol in de methode.
De schaal van de projecten in de bachelor is die van het huis. Dit is fundamenteel. Wie het huis niet
‘kan’ als architect, en het huis niet ‘kent’ als mens, kan geen bachelor in de architectuur worden.
De schaal van het hele huis zal vaak begrepen worden via studies (‘etudes’) van het anatomisch fragment van het huis, tot en met het architectuurdetail.
Het fragment is de draaischijf waarlangs de student zowel het geheel als het detail van de architectuur leert begrijpen, en deze met elkaar in verband leert brengen.
Een overzicht van de masterstudio’s kan je in dit overzicht vinden.
