Geactiveerde serrestructuren in en rond de stad: een oplossing voor klimatologische problemen?
Met deze Masterproef trachte ik via een architecturale ingreep landbouwvelden vrij te maken voor herbebossing. Door het ontwerpen van een geactiveerde serrestructuur is het mogelijk om het oppervlak heel intensief te gebruiken. De combinatie van een horizontale en verticale serre zorgt er voor dat vijftig maal zo veel voedsel geproduceerd kan worden als op een traditioneel landbouwveld. Op deze manier wordt het voedsel ook veel dichter bij de bewoonde centra geproduceerd en verminderen de transportemissies dus aanzienlijk. Elke vierkante meter serre in dit project kan dus omgezet worden naar vijftig vierkante meter aan herbebossing in België. Door te werken met hout in plaats van staal zoals in de meeste serres, is het ook mogelijk om grote hoeveelheden aan koolstof op te slaan. De locatie voor dit pilootproject is ook strategisch gekozen aangezien het gebruik kan maken van de industrie en woongebied in de buurt. Afvalwater en een teveel aan elektriciteit kan in de serre gebruikt worden, maar als er een WKK aanwezig is voor de serre dan kan deze ook gebruikt worden om elekriciteit te voorzien voor de omliggende woongebieden. Zelfs de CO2 wordt gebruikt door de planten om te groeien.
De geactiveerde serre speelt niet alleen mee op ecologisch vlak, het heeft ook een economische en sociale rol in het stedelijke weefsel. Door een voedselpark aan te leggen in combinatie met een winkel kan men een groenten en fruitwinkel voorzien waar alleen lokale producten verkocht worden. Men kan zelf plukken en dan de aankopen vervolledigen met voedsel dat in de serres geproduceerd werd. Het voedsel uit de serres wordt ook verkocht aan de verschillende supermarkten in Gent waardoor ze een lokale bron hebben van biologsich voedsel. Een van de belangrijkste doelstellingen van de geactiveerde serre is ook om mensen te betrekken in de voedselproductieproces en om het een plek te geven in de tijdsgeest. Dit pilootproject in Gent heeft dus ook een bar, waar er een visueel contact opgeroepen wordt met de verticale serre en het voedselpark. Voor de rest heeft het project ook een kelder met alle technieken, een administratief gedeelte met een groen terras voor de werknemers en een logistiek gedeelte. Met dit pilootproject hoop ik dus aan te tonen dat het mogelijk is om een serre te creëeren in de stad die niet alleen positieve effecten heeft op het klimaat, via de herbebossing van velden, maar dat het ook een interessante plek kan worden in de stad, die meer wordt dan alleen een plek om voedsel te produceren.
