< terug

Alumnus Interieurarchitectuur Sam Pladet over de ‘Prize for International Development Relevance’ 2016-17

Tijdens het uitreiken van mijn Masterdiploma Interieurarchitectuur in 2017 had ik het genoegen dePrize for International Development Relevance te ontvangen, een geldprijs ondersteund door de KU Leuven, Faculteit Architectuur. Het creëerde de kans (internationale) workshops en symposia mee te volgen, die een meerwaarde konden bieden binnen het kader van de Interieurarchitectuur en mijn verdere ontplooiing in de wilde wereld van het ontwerpen.

Mijn interesse kwam te liggen bij een tweedaags, internationaal symposium georganiseerd in Berlijn door het BAU International Berlin op 17 en 18 mei 2018. Ik had voorheen nog nooit gehoord van deze universiteit. Het bleek een zeer jonge universiteit te zijn, opgericht in 2014, die het studieprogramma Interior Design introduceerde in Berlijn.

Het symposium, getiteld Interior – Inferior – in Theory?, vond plaats in het Deutsches Architecktur Zentrum (DAZ). Het hoofddoel was het samenbrengen van onderzoekers, docenten en professionals van over heel de wereld om een discussie aan te gaan over de actuele positie(s) van, en ten opzicht van, het interieur. Dit om verder te bouwen op de beperktheid aan bestaande definities, en nieuw gestalte te geven aan wat de discipline vandaag inhoudt.

Lag de focus hier op ‘interieurvormgeving’, ‘interieurarchitectuur’, of het vagere ‘interieurontwerp’? Na een korte introductie door de organisator, Prof. Dr. Carola Ebert, neigde de focus voornamelijk naar het vagere. Niet het verhaal van de interieurarchitect, een ontwerper die ook vanaf het uiterste begin van een ontwerp- en bouwproject de handen met de architecten, ingenieurs … in elkaar slaat. Dit maakte het dan ook direct duidelijk dat de hierboven vernoemde begrippen vandaag de dag nog steeds moeilijk te hanteren zijn, zelfs voor mensen die al jaren in het vak vertoeven. Ook in de vertaling naar het Engels toe bestaat er nog steeds een enorme verwarring. Voor velen staat interior design voor interieurvormgeving of object- en meubelontwerp, terwijl ik het zie als het overkoepelende begrip interieurontwerp. Het veroorzaakte een bepaalde ergernis bij mij, maar tegelijkertijd ook een begrip voor de moeite om deze kwestie aan te kaarten.

Gedurende de conferenties kwamen er enkele thema’s aan bod: History, Identity, Education, Theory, Extending the Perspective, Interior Beyond Architecture, Interior Practices, Reuse en Research. Het is mijn bedoeling een idee te geven van hetgeen daar werd verteld, zonder alle pleidooien van de sprekers aan te halen. Ik ervoer het namelijk vaak als een orgel van een heilig huis waarvan alle toetsen tegelijkertijd werden ingedrukt. Ik haal enkele korte zinnen aan die op mij een positieve, interessante en meer coherente indruk nalieten, en zo het idee achter interieur en haar theorieën aan de kaak stelden.

17/05/2018

“Interiors, it is a discipline considered as a young, emerging discipline for many years.” 
(Carola Ebert, BAU International Berlin, Duitsland)

“The emergence of the interior gets suppressed in books. There are theories about the interior, but what are they about?”
(Edward Hollis, University of Edinburgh, Verenigd Koninkrijk. Antwoord op de vraag: “Emergence, will it ever end?”)

“Interiors are ephemeral.”
(Edward Hollis, University of Edinburgh, Verenigd Koninkrijk)

“If there is a written history, it is more about the point of view.”
(Onbekend)

“There was one person once, thinking about doing it all. Having these ideas that he/she realised. Then it split. By this, history of the interior is in the common roots.”
(Sally Stone, Manchester School
of Architecture, Verenigd Koninkrijk)

“We are choreographers of change, of a small and a large framework within a larger framework.”
(Onbekend)

“Imagine taking a horizontal sample of a building, as in taking a soil sample. What you’ll see is about the existing spaces and places, but also the temporary actions taking place.”
(Lois Weinthal, Ryerson University, Canada)

“When does the interior begin?”
(Alison B. Snyder, Pratt Institute, Verenigde Staten van Amerika)

18/05/2018

“In Saudi Arabia, the college of design is only for woman, as they are considered not being able to do engineering. But can they work within this discipline? No, that is for men. The college of architecture is for men. We are about to change this… In the first place, we want to link the education to the practice. The theory courses may be a copy of Western theory classes, but the translation in practice has to be their own: no decoration, but identity.”
(Goze Bayram en Irene Pasina, Prince Sultan University, Saudi Arabië. In een gesprek over eigen cultuur, en het ontwikkelen van een architectuur hierop gebaseerd.)

“There are many, well known Italian interior architects: Adriano Cornoldi, Carlo Mollino, Franco Albini, Gio Ponti, Carlo Scarpa, Vittoriano Vigano… But nowadays, the study is disappearing in Italy. Architecture without architects, it’s happening!”
(Santi Centineo, Politecnico di Bari, Italië)

Wanneer ontwerpbureaus aan het woord kwamen, probeerden zij een invulling te geven aan het begrip door voorbeelden aan te halen uit eigen praktijk. Wanneer dit gebeurde, haakte ik vaak af in gedachten, aangezien het dan meer over die specifieke projecten ging, eerder dan de interieure kwaliteiten en inzichten ervan bloot te leggen.

Goed was dat sommige sprekers er zich van bewust waren dat, tijdens het voeren van het onderzoek, er al snel wordt gecategoriseerd. Het werkt makkelijk maar beangstigend, net omdat er op die manier altijd wel iets vergeten wordt. Het is dan ook niet mogelijk alle aspecten van een interieur vast en bloot te leggen in één theorie.

Wat me op de tweede dag voornamelijk opviel was de omslag naar het gebruik van de term ‘Interiority’, een soort ‘innerlijkheid’, alsof iedereen plots niet meer de woorden interiordesign en architecture durfde uit te spreken. Alsof er iets onvatbaar in de tussentijd ontstond, of eigenlijk al vanaf het begin bestond.

“Interior, as a strategic weapon to claim a discipline.”
(Inge Somers, Universiteit Antwerpen, België, 17/05)

Deze zin bleef mij het meeste bij. Het bevestigde mijn eigen gedachtegang dat ‘Interior’ of ‘Interieur’ ook maar een benaming is, die in het leven is gebracht om iets onvatbaars te kunnen benoemen. Want, wat is een interieur nu eigenlijk? Het kan als een container zijn, geladen maar gesloten. Maar het kan ook als een open structuur zijn, de schaduw van een boom, een groep mensen, een gesprek… die collectief of zeer persoonlijk een binnen voor jou creëren.

Na afloop van de conferenties leek het dat er werd toegegeven aan de vraag of interieur daadwerkelijk ondergeschikt is, niet alleen in theorie. Net omdat precies niemand er een antwoord op kon geven, op een afstand bleef, of zich er net aan waagde maar er niet in slaagde de nagel op de kop te slaan. Maar, is dit net niet wat interieur alles behalve ondergeschikt maakt. Net omdat het zoiets onvatbaar is. ‘Interieur’ is inderdaad maar een benaming voor een strategisch wapen voor het opeisen van een bepaalde discipline. Een discipline die veel verder rijkt dan architectuur, en haar weg vindt in een steeds groter wordende context.

– Sam Pladet, 2018